Meer dan alleen dennen scheren...
Tekst: Margo Klijn / Foto's: Jeanne Kuijper-Nannenga
Wij van de donderdagmorgengroep zijn dennenscheerders, maar van een andere orde dan de Tomicus piniperda.
Wij zijn iets als Homo (non-) laborants. Wij verwijderen dennen liefst met wortel en in elk geval met tak en stam. We knippen, zagen of trekken. Ons gereedschap hangt in een keet, de kniptor, die zo dicht mogelijk bij de werkplek staat. De morgen begint voor mij om 8.45 uur als Jeanne me ophaalt. Jeanne heeft altijd een fototoestel bij de hand. Op weg naar de werkplek kijken we onze ogen uit in de hoop dieren te zien.
We ontmoetten ooit een Aranerus quadratus of te wel een Vliervlekwielwebspin in de buurt van een ecoduct. De omrastering aldaar dreigde door de begroeiing in te storten. Daar moest tegen worden opgetreden.
Dat was het geval toen wij scheerden onder het toeziend oog van generaal De Wet. We hebben er maandenlang gewerkt, maar nu kijkt de Zuid-Afrikaander weer uit over een kale zandvlakte, zodat hij zich kan wanen in de Kalahari woestijn. Het is ongelofelijk hoe vruchtbaar dennen zijn. Je zou er moedeloos van worden.
"Het is ongelooflijk
hoe vruchtbaar dennen zijn"
Maar ach, het huishouden houdt ook nooit op en ons aangewezen gebied is altijd eerder ‘schoon’ dan gedacht. Het lukt altijd.
Over denken gesproken. Denken doen we niet graag als donderdaggroep.
Soms moet het wel, wanneer boompjes een tweede leven wordt gegund als kerstboom. Het ene exemplaar moet dan verwijderd worden en het andere niet.
Dat is niet eenvoudig.
"Sommige dennen
worden een tweede leven gegund...
als kerstboom"
Martijn heeft me in die tijd leren zagen, want het ging om relatief grote bomen. Altijd handig. Martijn is ook de man van de soep en het keukendienstrooster
.
Maar zover zijn we nog niet. De van het leven beroofde bomen en boompjes verstoppen we meestal onder grote bomen die in de omgeving mogen blijven staan. Soms mag er worden gebrand nadat eerst de brandweer en het park zijn gewaarschuwd, en een vergunning is verleend. Branden is voor velen een feest. Het kind in ons zal dan wel boven komen drijven.
We krijgen wel eens bezoek. Laatst was dat van twee vrijwilligers van de faunagroep. Zij vertelden over een zeldzame nachtvlinder, de Lemunia dumi of Herfstspinner, die alleen op de plek voorkomt waar wij op dat moment zo bot tekeer gingen. Het was erg verstandig de eitjes die waren ontdekt te markeren.
Twee keer blaast Rob op zijn toeter ‘verzamelen’. De eerste keer is het een teken om onze eigen koffie te komen drinken. De stoelen moeten uit de keet gehaald en klaar gezet worden. Na de tweede blaas, is het werk gedaan, sommigen gaan naar huis, anderen gaan nog even naar de Kemperberg waar een glaasje, soep en koffie op ons wacht.